LEEF IN HET ‘NU MOMENT’

laat alle ervaringen uit het verleden en alle angsten voor de toekomst los.



Jezus vertelt In Een cursus in wonderen dat het ‘nu-moment’ de enige tijd is die er is. Alle tijd die we ervaren, hetzij als het verleden of als de toekomst, dient als middel om er iets uit te leren. Tijd heeft geen ander doel dan een leermiddel te zijn. Dat is de reden dat we niets bereiken wanneer we met onze gedachten en emoties in het verleden blijven hangen of stilstaan bij wat ons is overkomen. Tenzij we er iets uit leren, kan het verleden zin hebben om bewust te worden van onze onjuiste gedachten over onszelf. We moeten het verleden laten rusten om verder te kunnen gaan naar een productievere toekomst. Het belangrijkste leerdoel van tijd is onvermijdelijk het besef van het ‘nu-moment’. We kunnen geen betere manier vinden om het ‘nu-moment’ te beschrijven dan als ‘het rustpunt’ temidden van onze fascinatie voor tijd.


Als we kunnen blijven rusten in dit ‘nu-moment' en de vrede en stilte die er NU is kunnen ervaren als het enige wat werkelijk is, dan zullen we wonderdoeners worden. De ervaring van het ’nu-moment’ in de tijd heeft niets te maken met traagheid of inactiviteit, maar zeker wel met ware productiviteit. Het ‘nu-moment’ is de krachtigste tool die wij hebben om bewust te worden en te beseffen dat we dromen. Het geeft ons de mogelijkheid te ervaren dat niets anders dan NU bestaat en dat al het andere een illusie is die wij zelf hebben gemaakt uit angst voor verlossing uit de droom.


Als we in het ‘nu-moment’ vertoeven is het belangrijk te begrijpen en te aanvaarden dat alles wat buiten ons gezichtsveld ligt NIET BESTAAT! Wij vullen zelf in wat er daarbuiten aanwezig is omdat het misschien wel beangstigend is om te aanvaarden dat de wereld die wij denken te zien een illusie is — een verbeelding van onze denkgeest die bang is voor God.


Als we dan het besluit nemen om ‘werkelijk‘ te zien en ons niet meer bezig te houden met ‘de’ wereld buiten ons, dan krijgen we de vrede die we nodig hebben om te verinnerlijken en te aanvaarden dat alles wat wij waarnemen een droom is. Het is de grootste bevrijding uit de illusoire wereld die constant op onze emoties en ons gemoed drukt, die veel te veel van ons lijkt te verlangen en waaraan we nooit kunnen voldoen. De wereld — die niet bestaat — maakt ons ziek en frustreert ons!


De eisen die de wereld stelt zijn ontstaan door onze angst om niet te slagen in ons project om ‘zelf heerser te zijn over ons leven’. We mogen het nog duizenden jaren, zelfs eeuwen proberen, dit lukt ons NOOIT, omdat de droom niet werklijk is. Wat niet bestaat kan je ook niet veranderen! Alleen in God is vrede, liefde en een ‘werkelijk' Leven mogelijk.


Het Tekstboek bevat een hoofdstuk met de titel “Ik hoef niets te doen”. Het is een van die hoofdstukken die het ego graag verkeerd begrijpt, want het illustreert op die manier dat we ons zouden kunnen terugtrekken uit de wereld en ons niet meer om anderen hoeven te bekommeren, aangezien het allemaal toch maar een illusie is. Dit is niet waar het hier om gaat. Het is duidelijk dat de wereld geen illusie lijkt voor degenen die hier nog steeds functioneren, dus krijgen  we hier instructies om onze tijd op deze planeet — op dit ‘nu-moment’ — zo dicht mogelijk bij de Hemel te brengen.


Met iets doen is het lichaam gemoeid. En als je inziet dat je niets hoeft te doen, heb je uit je denkgeest de waarde van het lichaam weggenomen. Hier is de snelle, openstaande deur waardoor jij voorbijglipt aan eeuwen van inspanning, en aan de tijd ontsnapt. Dit is de manier waarop zonde direct alle aantrekkingskracht verliest. Want hier wordt de tijd verworpen, en zijn verleden en toekomst voorbij. Wie niets hoeft te doen heeft geen behoefte aan tijd. Niets doen betekent rusten en binnenin je een plaats maken waar de activiteit van het lichaam niet langer aandacht eist. Naar die plaats komt de Heilige Geest, en houdt daar verblijf.

Hij zal daar blijven wanneer jij dat vergeet, en de activiteiten van het lichaam opnieuw je bewuste denkgeest in beslag nemen.Toch zal er steeds die rustplaats zijn waarnaar je terug kunt keren.En je zult je meer bewust zijn van dit rustige centrum van de storm dan van al zijn razende activiteit.Dit rustige centrum, waarin je niets doet, zal bij je blijven, en jou rust geven te midden van alle drukke bezigheden waarop je wordt uitgestuurd. Want vanuit dit centrum zal je gewezen worden hoe je het 'lichaam zondeloos kunt benutten. En dit centrum, waarin het lichaam afwezig is, zal het zo in je bewustzijn ervan bewaren.(T18.VII.7-8)


In deze citaten krijgen we prachtige richtlijnen om te ontwaken in de kracht van het nu. Het vertelt ons dat het lichaam (en de wereld van vormen) een grote afleiding is die ons weghoudt van God. Toch kunnen we alles in dit egokader van de wereld wel gebruiken om te ontwaken in de kracht van de Denkgeest.


Neem elke dag de tijd om naar binnen te gaan en je te concentreren op wat werkelijk waar is. Gebruik de Cursus als ‘een cursus in liefde'. Lees in de Cursus en oefen met de Werkboeklessen om zo het gedachtegoed te integreren. Laat alle gedachten over goed en kwaad jegens jezelf en anderen los en voel je vrij en innerlijk in vrede, want dat is onze kracht. Neem een stap terug uit de grote wereld en al haar activiteiten en richt je opnieuw tot Gods Aanwezigheid binnenin jezelf.


Na deze meditatieve ervaring komen we weliswaar weer terug in deze wereld, maar wel met ‘het stille centrum’ in ons dat bij ons zal blijven groeien. Het zal ons rust geven temidden van elke drukke bezigheid die we uitoefenen.


De Cursus vertelt ons dat dit stille centrum in ons zal blijven omdat het ons verbindt met onze ‘ware kracht'. Van hieruit kunnen we ons door de moeilijkheden van het verleden heen bewegen, niet door ze te negeren, maar door ze te begrijpen en alleen onze zegeningen mee te nemen en de rest los te laten. Hierdoor laten we onze denkgeest naar een toekomst evolueren die een nieuw bewustzijn zal ondersteunen, waarin we het belang zien van samenwerken in harmonie en niet in afscheiding en aanval. We zullen de kracht ervaren die vrijkomt in het ‘nu-moment’ terwijl we rusten in onze ‘Bron van Liefde’.


Reine van Dyck